Wie is verantwoordelijk voor gebreken?

Wie is verantwoordelijk voor gebreken?

Certificaten voor bouwstoffen

Casus: een bestaand hotelpand wisselt van eigenaar. De nieuwe eigenaar acht de brandwerendheid van de toegepaste deuren onvoldoende aangetoond om te kunnen voldoen aan zijn eigen veiligheidsbeleid en gaat over tot brandtesten. Enkele deuren blijken niet door die testen te komen, en er ontstaat discussie tussen de nieuwe eigenaar en de aannemer over de kosten van vervanging. De vraag is hoe brandwerendheid moet worden aangetoond.

In bestekken worden brandveiligheidseisen vaak functioneel omschreven aan de hand van de duur dat een onderdeel branddoorslag moet kunnen voorkomen. Omdat het omslachtig en duur is om voor ieder toe te passen product brandproeven uit te voeren, wordt vaak volstaan met proeven op een standaard product. De uitkomsten worden dan gebruikt voor een hele productgroep met dezelfde eigenschappen. Voorbeeld: een deur en kozijnsysteem die in een bepaalde maatvoering daadwerkelijk worden getest, waarna de uitkomsten van de brandtest worden gebruikt om deuren en systemen met dezelfde opbouw en eigenschappen maar met andere afmetingen te certificeren. Inherent aan dit systeem is dat niet alle individuele producten daadwerkelijk worden getest.

Gebrek of niet?
Toegepast op de hiervoor geschetste casus is het de vraag of er sprake is van een gebrek als later bij een brandtest blijkt dat een gecertificeerd product alsnog niet voldoet.
Als altijd is het juridische antwoord op die vraag genuanceerd en afhankelijk van veel omstandigheden. In de eerste plaats is er de vraag wie gekozen heeft voor het betreffende product. Is dat de opdrachtgever die het product heeft voorgeschreven, dan zal op grond van de meest gebruikte contractvoorwaarden voor aanneming van werk, hij ook verantwoordelijk zijn voor die keuze en ook voor het niet voldoen van het toegepaste product.
Een voorvraag is echter nog of het enkele feit dat een brandproef niet doorstaan wordt op zich al tot een gebrek leidt. Hoewel het niet halen van een in het bestek opgegeven brandwerendheidsduur zonder meer op een gebrek lijkt te duiden, is het nog maar de vraag wat de oorzaak is van het niet halen van de eis. Is de eis bijvoorbeeld gesteld aan individuele producten (bijvoorbeeld een deur) of aan een samenstel (bijvoorbeeld deur en kozijn)? En is de brandproef representatief voor de daadwerkelijke situatie? En dan nog, vloeit het gebrek voort uit het product zelf of uit het ontwerp? Vervolgens is er nog de vraag hoe en op welk moment moet worden getest of vastgesteld dat een product aan de gestelde eisen voldoet.
De UAV2012 (Uniforme Administratieve Voorwaarden) geven bijvoorbeeld een regeling voor het verwerken van goedgekeurde bouwstoffen. Is een bouwstof goedgekeurd dan mag de aannemer deze verwerken. Wenst de opdrachtgever daarna nog vervanging van de bouwstof dan staat hij in beginsel zelf aan de lat voor de kosten daarvan.
Ten slotte is er nog de overgang van het risico voor het werk bij oplevering. Volgens de huidige regelgeving is de aannemer na oplevering in beginsel niet meer aansprakelijk voor gebreken in het werk tenzij het – kort gezegd – verborgen gebreken betreft. Wordt pas na oplevering geconstateerd dat niet aan de gestelde eisen wordt voldaan, dan kan de opdrachtgever mogelijk verweten worden dat hij het gebrek eerder had kunnen en moeten onderkennen.

Schade voorkomen
De les hieruit is dat zowel de aannemer als de opdrachtgever op hun zaak moeten letten. Het gebruik van certificaten voor bouwstoffen is gemeengoed maar ontslaat partijen niet van hun eigen verantwoordelijkheid om zelf na te gaan of aan gestelde eisen is voldaan of niet. Daarbij dienen ze dat op een zodanig moment te doen dat eventuele gebreken tijdig verholpen kunnen worden en schade zoveel mogelijk wordt voorkomen.

Tekst Leendert van den Berg
De auteur is advocaat en partner bij Severijn Hulshof Advocaten in Den Haag. Zijn vakgebieden zijn bouwrecht, aanbestedingsrecht, huurrecht en vastgoed.

Dit artikel staat in de rubriek 'Brandveiligheid' in de Raam en Deur editie 2-2021.

Hier uw advertentie?
Bel +31 (0)73 503 35 44.