Tuin behoorlijk crisisresistent

Tuin behoorlijk crisisresistent


Waar retail over het algemeen de pijntjes van de kredietcrisis voelt, ontspringt het segment tuin behoorlijk de dans. De bestedingen liepen vrijwel in de pas met die van het eerste halfjaar van 2008, zo blijkt uit een onderzoek dat Tuinbranche Nederland en Productschap Tuinbouw in samenwerking met GfK jaarlijks uitvoeren.


Waar retail over het algemeen de pijntjes van de kredietcrisis voelt, ontspringt het segment tuin behoorlijk de dans. De bestedingen liepen vrijwel in de pas met die van het eerste halfjaar van 2008, zo blijkt uit een onderzoek dat Tuinbranche Nederland en Productschap Tuinbouw in samenwerking met GfK jaarlijks uitvoeren.

Sinds 2007 heeft het onderzoek een andere opzet. Zo’n 10.000 huishoudens kunnen via internet hun bevindingen registreren. Juli en januari worden als meetpunt genomen bij groot onderhoud, terwijl voor tuinartikelen een continue registratie aangehouden wordt en het proces mogelijkheden biedt voor aanvullend onderzoek.

Wat is de kern van het bestedingsonderzoek? Het antwoord lijkt voor de hand liggend: onderzoek naar tuinartikelen, maar met de verstrekte gegevens kun je nog veel meer achterhalen. Zo biedt het inzicht in het aantal kopers, de gekochte hoeveelheden, de gedane bestedingen, het prijsniveau, de aankoopkanalen én het profiel van de koper. Dat levert bijzondere wetenswaardigheden op.

Het umfelt voor de tuinbranche wordt in het eerste halfjaar bepaald door enkele belangrijke factoren. De economische indicatoren zijn minder negatief, ofschoon de crisis wel degelijk heerst. De consument denkt dus wat positiever. De huizenmarkt ontwikkelt zich negatief. Zo worden er minder nieuwe woningen gebouwd en neemt het aantal transacties af. Bovendien daalt de huizenprijs. Banken reageren terughoudend zodat financiering lastiger wordt. En wat ook niet uitgevlakt mag worden, is de malaise in andere branches, zoals de meubel- en automobielsector.

De totale tuinmarkt, inclusief groot onderhoud, deed het beslist niet slecht. Het eerste halfjaar beliep de omzet € 2,227 mrd, in vergelijking met dezelfde periode in 2008 iets minder (€ 2,243 mrd), maar toch een score om trots op te zijn. Laten we groot onderhoud even buiten beschouwing, dan blijft de sector op gelijk niveau (€ 1,643 mrd). Wel is het zo dat de categorie niet-levend het minder deed en dat klanten daarentegen juist meer levend groen kochten.

Tweepersoonshuishoudens

Op zich is de omzetconsolidatie van de tuinsector een knappe prestatie omdat het aantal huishoudens dat daadwerkelijk tot aankoop overging, in alle kanalen percentueel afnam. Tweepersoonshuishoudens zijn de belangrijkste kopers voor tuinartikelen. Zeker voor wat betreft klein onderhoud doet deze doelgroep met 59,6% het uitzonderlijk goed. Gezinnen met kinderen besteden het grootste aandeel van hun tuinbudget aan gereedschap, tuinmeubelen en barbecues (30,7%). Voor alleenstaanden is het segment ‘dier’ de belangrijkste uitgavenpost (29%).

Afgaande op de totale besteding wisten de tuincentra hun marktaandeel met 0,2% te vergroten, daarmee goed voor een aandeel van 35,6%. De bouwmarkten hapten een 0,5% meer uit de totaalkoek en komen uit op een score van 9,9%. Opvallende groeiers in de verkopen van tuin zijn supermarkten (+0,6%) en dierenspeciaalzaken (+0,8%), goed voor een aandeel van 7,0% resp. 8,7%.

Vervangingsaanschaf

Zoals al eerder aangestipt deed levend groen het in het eerste halfjaar goed. Het segment was goed voor € 727 mln omzet en de verklaring ligt eigenlijk voor de hand. Met een relatief kleine investering kun je je woonomgeving met plantjes verfraaien. Anderzijds zorgde de droogte ook voor plantensterfte: in veel gevallen resulteert dat in een vervangingsaanschaf. Tuincentra (+1,3%), supermarkten (+1,1%) en (in mindere mate) bouwmarkten (+0,2%) wonnen aandeel. Zij zijn goed voor resp. 43,3%, 11,8% en 3,7% van de totale koek.

Groeide het segment ‘niet-levend’ de eerste helft van 2008 nog met 3%, dit jaar leverde het over dezelfde periode 2% in. Toch nog steeds goed voor € 916 mln. Deze groep omvat een heel productengamma en de verschillen daarbinnen zijn groot. Zo pluste ‘tuingereedschap’ met maar liefst 11% en deed ‘barbecue en –accessoires’ het met een groei van 10% ook uitstekend. Ook ‘huisdieren’ bleef met 4% aan de positieve kant van de score. ‘Tuinmeubelen’, na ‘huisdieren’ de tweede groep in grootte, moest 2% inleveren, eenzelfde percentage als ‘kaarsen’. Maar het kon nog slechter. ‘Bollen en zaden’ gaven 15% prijs en heel zorgelijk was de omzetontwikkeling in ‘tuinverlichting’: -21%! Opvallend is het feit dat tuincentra binnen ‘niet-levend’ terrein prijsgeven. De terugval van 1% is nog steeds goed voor een marktaandeel van 29,4%. Bouwmarkten (14,8%) en dierenspeciaalzaken (15,4%) wisten hun positie met resp. 0,8% en 1,6% te verbeteren.

Bouwmarkten plussen

Een meetniveau lager komen de nuanceverschillen sterk naar voren. De groep ‘gereedschap, tuinmeubelen en bbq’ pluste 1% en klom qua omzet naar € 374 mln. Het spreekt voor zich dat tuinmeubelspeciaalzaken veruit het grootste verkoopkanaal vormen, mede ook omdat het tuinmeubelsegment goed is voor zo’n € 286 mln. Ze deden het ook het eerste halfjaar goed, maar exacte groeicijfers ontbreken omdat ze dit jaar voor het eerst in het onderzoek zijn toegevoegd. Wel opvallend is de enorme groei van de tuinmachinespeciaalzaken met 48%. Zij zijn goed voor zo’n 10 mln consumenteneuro’s.

Tuincentra en bouwmarkten bouwen gestaag hun omzet uit in de groep ‘bbq en accessoires’. Zij plusten met resp. 11% en 5%, maar ook de overige kanalen maken een indrukwekkende groei door: +33%.

‘Dier’ deed het met +4% ook erg goed. De dierenspeciaalzaken hebben het grootste marktaandeel binnen het totaal van € 308 mln. Zij wisten 10% te plussen, net als de tuincentra overigens. Bouwmarkten groeiden 4%.

Buitenweer

Aan ‘groot onderhoud’ werd € 584 mln besteed, 2% minder dan in de eerste helft van 2008. Toch is het zinvol om de verschillende groepen te bekijken, want het beeld wordt enigszins vertekend. Sierbestrating vormt het grootste segment en dat leverde maar liefst 13% in zodat de omzet over het eerste halfjaar uitkwam op € 250 mln. ‘Tuinhuisjes/tuinkassen’ deden het uitstekend en plusten 13% en ook ‘tuinhout/tuinafscheiding’ wist met +8% een prima resultaat neer te zetten. Qua bestedingsaandeel laat zich raden dat de steenhandel flink terrein prijsgaf. Bouwmarkten groeiden een procent, tuincentra gaven een procent prijs.

De conclusies van deze cijferbrij liggen dan ook voor de hand. De tuinbranche heeft, ondanks de negatieve conjuncturele ontwikkeling, een goed seizoen gehad. De verklaring daarvoor ligt voor de hand: met relatief kleine investeringen kan de consument veel bereiken rondom het huis. De consument heeft vooraf aangekondigd niet te gaan bezuinigen op de uitgaven voor tuin en heeft dus zijn woord gehouden. Daarnaast recreëert hij graag in de tuin en speelde het weer ook een positieve factor in het geheel. Ook na juni bleef het echt ‘buitenweer’. Dat zal waarschijnlijk ook een impuls hebben gegeven aan het tweede halfjaar.

A IMG 0572

Onderhoud en levend groen plussen.

B IMG 0566

Tuincentra doen het goed.

Hier uw advertentie?
Bel +31 (0)73 503 35 44.