Advies brandveiligheid: leg focus bij vluchten.

Advies brandveiligheid: leg focus bij vluchten.

Als de verhalen over onwetendheid omtrent regelgeving voor hang- en sluitwerk maar voor de helft kloppen, zijn vele gebouwen niet veilig!

Als de verhalen over onwetendheid omtrent regelgeving voor hang- en sluitwerk maar voor de helft kloppen, zijn vele gebouwen niet veilig als je onverhoopt moet vluchten bij brand. Raam en Deur neemt poolshoogte en vraagt bij toeleveranciers, architecten en aannemers naar de ernst van de zaak. En die is ernstiger dan gedacht.

In vertrouwelijke gesprekken uiten producenten en leveranciers met enige regelmaat hun zorgen over veiligheid in de gebouwen, want het hang- en sluitwerk voldoet lang niet altijd aan de regels die ervoor opgesteld zijn. Het vreemde is dat iedere betrokken partij bij de totstandkoming van gebouwen – opdrachtgever, architecten, constructeurs, adviseurs, aannemers, toeleveranciers en toezichthouders – allemaal vinden dat je de inhoud dient te kennen van de regelgeving rond rook- en brandwerendheid. Ook de voorschriften voor paniek- en vluchtwegen mogen geen geheimen kennen. Verder heb je te weten tot welke materiaal- en productkeuzes die regels leiden. En als de producten dan allemaal zijn aangebracht, moeten bevoegde instanties controleren of het allemaal voldoet aan het BouwBesluit en aan de Europese normen (onder meer EN179 en EN1125). En het is geen verrassing dat iedereen, ongeacht de discipline, vaststelt dat de veiligheid erbij gebaat zou zijn als kennis voorhanden is en toegepast wordt. Tot zover de theorie.
Tegelijkertijd constateren met name de producenten en toeleveranciers dat hotels, ziekenhuizen, verzorgingstehuizen, appartementencomplexen, scholen, kantoren, kortom gebouwen waarvoor de normen zijn opgesteld, lang niet altijd voldoen aan die normen. En verder zijn er ook specialisten die waarnemen dat de regels minder veiligheid bieden dan ze suggereren. Het wordt volgens hen tijd dat de regels op de schop gaan. De veiligheidssystemen in bestaande gebouwen en de toe te passen normen zijn dus allesbehalve optimaal. Dat is verontrustend.

De praktijk
Herkennen bouwers en architecten de signalen die de producenten en leveranciers van hang- en sluitwerk afgeven? De grote bouwer geeft aan dat hij sinds enkele jaren met vaste partners werkt. Deze worden zo vroeg mogelijk in de voorbereidende fase van een bouwproject betrokken. Als het om wat complexere gebouwen gaat, bijvoorbeeld met trappenhuis, toegangscontrole en een parkeerkelder waarvoor een sluitplan en een gedetailleerd vluchtplan overlegd moeten worden, dan zitten ook de gespecialiseerde toeleverancier van hang- en sluitwerk, een afgevaardigde van de timmerfabriek en eventueel een toegankelijkheidsdeskundige in de voorfase aan tafel. Uiteraard komt de brandweer voor oplevering de deugdelijkheid testen.
Door met vaste partners te werken heeft deze bouwer de faalkosten drastisch weten te reduceren. En ook op het terrein van de communicatie zijn grote sprongen voorwaarts gemaakt. BIM heeft zijn intrede gedaan, waardoor alle partijen toegang hebben tot hetzelfde digitale document en daaraan hun inbreng online kunnen toevoegen. De communicatie kan volgens de bouwer nog verbeterd worden als de adviseurs en toeleveranciers per project een vaste contactpersoon aanstellen. Wisselende contactpersonen werken vertraging en verstoring van de communicatie in de hand.

"70 procent van de architecten kent de normen EN 179 en EN 1125 niet"

Gecertificeerde producten
Ook de mkb-bouwer meent de controle op de veiligheid van de gebouwen onder de knie te hebben door slechts hang- en sluitwerk toe te passen dat door Efectis is getest. En als dat in strijd is met de esthetische wensen van de architect, dan moet deze laatste bakzeil halen en instemmen met de keuze voor het product dat aan de eisen voldoet. Men probeert overigens te voorkomen dat het zover komt door in het voortraject de architect te vragen naar zijn bedoelingen met het gebouw en naar de wijze waarop hij de veiligheid en compartimentering in zijn gebouw heeft geïntegreerd.
Verder wordt er vaak een beroep gedaan op de kennis van de toeleverancier. Deze maakt de sluitplannen en is goed op de hoogte van vluchtplannen en brandwerendheidseisen.
Verder vertelt de mkb-bouwer dat het af en toe moeilijk is de consument uit te leggen dat rook- en brandwerendheid een zekere discipline vereisen. En staat rookwerendheid niet op gespannen voet met een tijdige ontdekking van een eventuele vuurhaard? Je ontdekt immers pas relatief laat dat er wat aan de hand is. De consumenten zitten vaak vast in hun gewoontes. Mede daarom vinden ze soms ook dat een goede inbraakwerendheid ten koste gaat van het gebruikersgemak. En dan is er nog het enorme aantal modellen krukken waaruit de klant denkt te kunnen kiezen. Het is zuur voor hem als hij zijn keuze heeft bepaald en te horen krijgt dat hij die om veiligheidsredenen niet op alle deuren mag toepassen. Voor al dat soort zaken mag best wat meer aandacht komen, meent de mkb-bouwer.

Vrijhouden vluchtwegen
Soortgelijke reacties als bij de aannemers klinken bij de architecten. De voor dit artikel gehoorde aannemers en architecten veroorzaken kennelijk niet de misstanden die de leveranciers constateren. Zij behoren – volgens de toeleveranciers – tot de kleine minderheid die goed op de hoogte is. Hun inschatting is namelijk dat ruim 70 procent van de architecten niet weet wat er in de normen EN 179 en EN 1125 staat. Bij de aannemers zal dit percentage iets gunstiger uitvallen.
Onkunde dus. Bovendien leggen de veiligheidsaspecten het nog te gemakkelijk af tegen kosten- en esthetische overwegingen. Het meest verontrustend is wellicht de kennelijke bereidheid van de controlerende instantie om water bij de wijn te doen.

Gedrag bij paniek
De laatste ernstige aantijging wordt ondersteund door de melding van een voorval. In een studentenhuis is geen paniekbeslag op de vluchtdeuren aangebracht, omdat het aantal spuitkoppen van de sprinklerinstallatie hoger is dan vereist. De redenering is: het vuur dooft dan sneller, dus je kunt volstaan met normaal beslag. Maar dat is iets anders dan veiligheid creëren. Veiligheid creëer je als er in het vluchtplan rekening gehouden is met het gedrag van mensen in stress- en panieksituaties. Bij brand ligt de prioriteit bij vluchten en in tweede instantie bij doven. En daar zouden de regels op afgestemd moeten zijn. Dat is niet het geval. Het Bouwbesluit schrijft paniekbeslag voor als er meer dan honderd mensen in het gebouw zitten. Een volstrekt arbitrair getal. Alsof de paniek minder is als het er tachtig zijn. Ook daar moet kritisch naar gekeken worden, vinden de toeleveranciers. 

Tekst Arie Grevers
Fotografie archief

Hier uw advertentie?
Bel +31 (0)73 503 35 44.